Wetenschappelijke studies

De gave van profetie in 1 Korinthe – Wayne Grudem 1982, update 1999

Als systematisch onderzoeker is Wayne Grudem zeer grondig in zijn onderzoek naar de werking van de gave van profetie binnen de christelijke gemeenschap in Korinthe. Hij brengt verschillende perspectieven samen uit eerdere studies en komt vervolgens tot een uitgewerkte conclusie over de meest waarschijnlijke uitkomst. Deze studie werd voor het eerst gepubliceerd in 1982, en her gepubliceerd in 1999. Sindsdien is er natuurlijk veel onderzoek gedaan. Maar met de kennis die destijds voorhanden was, denk ik dat Wayne uitstekend werk heeft verricht door de werking van profetie in een Bijbels perspectief te plaatsen die relevant is voor de kerk van vandaag!

Drie belangrijke standpunten zijn:

  1. Apostelen nemen de plaats in van de profeten uit het Oude Testament.

Het meest opvallend is de mening van Wayne Grudem dat apostelen de positie van oudtestamentische profeten innemen. Hij verwijst naar 1 Korintiërs 14:37-38 als bewijs voor het gezag van de apostelen: 37 Als iemand denkt dat hij een profeet is of een geestelijk mens, laat hij dan erkennen dat wat ik u schrijf geboden van de Heere zijn. 38Maar als iemand onwetend wil zijn, laat hij onwetend zijn. (HSV) 

  • Vrouwen en profetie

Vrouwen mogen profeteren (zoals duidelijk staat in 1 Korintiërs 11:5), maar niet profetieën beoordelen (omdat dit gezag over mannen zou geven). Wayne geeft een uitgebreidere uitleg in verzen 29-34 (p. 250/251). De kern van zijn betoog is dat vrouwen zeker mogen spreken, behalve wanneer het is om te onderwijzen en gezag over mannen uit te oefenen. Wayne gebruikt deze tekst dus niet als een algemeen monddood maken van vrouwen, zoals soms wordt geïnterpreteerd.

  • Profeten wisten wanneer een openbaring van God afkomstig was.

Paulus ging ervan uit dat profeten wisten wanneer een openbaring van God kwam, daarom schreef hij geen specifieke instructies (p. 150). Dit standpunt wordt door anderen gedeeld; profetie was zo gangbaar dat het geen verdere uitleg nodig had.

Als een profeet Jezus als Heer belijdt, is dat waar; als hij Jezus vervloekt, is dat onwaar (1 Korintiërs 12:3). De vervloeking komt van een gnostische uitspraak die destijds populair was (p. 167/168).

De verschillende status van profetie in het Oude en Nieuwe Testament

Profetie in het Nieuwe Testament is, op enkele uitzonderingen na, niet langer gebaseerd op goddelijke autoriteit in de vorm van absolute woorden, maar veel meer op algemene inhoud. De profetie is gebaseerd op bovennatuurlijke openbaring, maar kon te allen tijde in twijfel worden getrokken en betwist, aangezien de profeet zich kon vergissen of de profetie verkeerd kon interpreteren. Het beoordelen van profetie moet gebeuren door de leden van de kerk, wat niet nodig zou zijn geweest als de profetie de autoriteit van letterlijke woorden had gehad. Men kan stellen dat de meeste profetieën in het Nieuwe Testament slechts een geringe goddelijke autoriteit hadden. De verkeerde interpretatie van profetie in de vorm van letterlijke woorden leidde ertoe dat profetie werd afgezworen. Er blijft een dunne lijn bestaan tussen profetie in de vorm van letterlijke woorden en profetie in de vorm van algemene inhoud. Wat betreft de beoordeling van profetie, is de nauwkeurigheid van de details een essentieel kenmerk van authenticiteit.

Profetie is onvolmaakt.

Omdat:

  • Het geeft slechts een glimp van de onderwerpen die het behandelt.
  • De profeet zelf ontvangt slechts een soort indirecte openbaring, en bovendien een beperkte.
  • Wat de profeet ontvangt, is vaak moeilijk voor hem te begrijpen of te interpreteren (p. 149).

Functie van profetie

Bij evangelisatie gaat het erom de geheimen van het hart van een ongelovige te onthullen en hem daardoor te verbazen met de kracht van God die werkzaam is, en hem te overtuigen van zijn zonden. Daarbij dient profetie ook als een zeker teken dat God aanwezig is en werkzaam is in de gemeente om haar te zegenen en te laten groeien.

Paulus’ visie op profetie als iets dat opbouwt en aanspoort, zoals beschreven in 1 Korintiërs 14:3-5, zou betekenen dat profetie op elk moment kan functioneren. Paulus’ uitspraak “maar profetie is een teken voor gelovigen” kan daarom worden opgevat als een meer algemene uitspraak, die niet beperkt is tot de specifieke toepassing die Paulus in verzen 24-25 hanteert.

Onthulling en openbaar verslag

Het ontvangen van een ‘openbaring’ en het publiekelijk verkondigen van die openbaring lijken de twee essentiële kenmerken van profetie te zijn, zowel in Korinthe als in de rest van het Nieuwe Testament. Volgens Paulus kwam de openbaring heel spontaan (maar in het geheim) tot een individu, was van goddelijke oorsprong, werd vanuit een goddelijk perspectief gezien en nam waarschijnlijk de vorm aan van woorden, gedachten of mentale beelden die zich plotseling krachtig in de geest van de profeet opdrongen. De goddelijke openbaring kan niet worden gebruikt om enige goddelijke autoriteit in de woorden van de profeet aan te tonen (…). De profeet werd niet gedwongen om tegen zijn wil te spreken, verloor zijn zelfbeheersing niet of raasde niet hevig, sprak geen dingen die voor hem geen betekenis hadden en was zich niet onbewust van zijn omgeving; hij zou niet ‘extatisch’ genoemd moeten worden. Spreken ‘onder invloed van de Heilige Geest’ verwijst naar spreken dat mogelijk wordt gemaakt door de Geest zonder dat de spreker zijn individuele wil verliest bij het beslissen wat hij zegt. Het effect van liefde is dat een profeet zijn gave gebruikt ten bate van anderen, niet van zichzelf. P179/180

Vereisten voor het zijn van een profeet

Profetie is niet voor iedereen weggelegd en is gebaseerd op een openbaring; een profeet kan dit niet op eigen initiatief doen.

Richtingsvoorspelling

De profetie van 1 Timoteüs 1:18 geeft inzicht in een toekomstig soort bediening of het bezitten van talenten die mogelijk nog niet herkend zijn. (p203)

De profetische gave zoeken

  1. bidden
  2. wees tevreden met de huidige geschenken
  3. wees volwassen
  4. het juiste motief hebben
  5. gebruik de cadeaus die je nu hebt
  6. Hij probeert te profeteren – hij pleit ervoor om het te proberen en te oefenen.

Conclusie

Deze studie levert een belangrijke bijdrage aan het begrip van de manier waarop de gave van profetie functioneerde in de vroege kerk in Korinthe. Doordat het verwijzingen bevat naar andere Bijbelverzen, draagt het bij aan de manier waarop profetie ook in onze christelijke gemeenschappen van vandaag zou kunnen functioneren.

Laat een antwoord achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *